Als het om fitness gaat, ben ik een kameleon. Ik beperk mijzelf niet tot één sport of trainingsvorm, waardoor ik op mijn 61e nog steeds open sta voor nieuwe sporten. Of dat nu hardlopen is, aerobics, zwemmen in open water, obstakelruns, gymnastiek voor volwassenen - you name it.

Mijn geheim om fit te blijven op mijn 61e

Mijn avontuurlijke aard heb ik van jongs af aan gehad. Doordat mijn vader in het leger zat, zijn we vaak verhuisd en woonde ik op veel plekken over de hele wereld. Ik merkte al vroeg dat ik me het beste voelde als ik bewoog. Tijdens de middelbare school verhuisde ik weer, en ik herinner me nog goed hoe onder de indruk ik was van mijn buurman die elke ochtend vroeg ging hardlopen. Zijn discipline inspireerde me enorm. Ik wilde ook zo worden, dus ik kocht hardloopschoenen en begon met hardlopen.

Ik vond het verschrikkelijk in het begin. Maar zoals met alles geldt: consistentie is key. Ik bouwde de afstand langzaam op, mijn lichaam paste zich aan, en al snel werd ik verliefd op het hardlopen.

Hieronder deel ik een aantal persoonlijke tips, die mij al decennialang helpen om fit én gefocust te blijven.

1.Ik vernieuw mijn routine

    Hoewel ik elke ochtend begin met hardlopen, begon ik in mijn twintiger jaren ook met het geven van aerobiclessen om mijn collegegeld te bekostigen. Die sport was voor mij de perfecte combinatie van cardio, lichte krachttraining en stretching. Het hielp me sterker worden, verbeterde mijn houding én maakte mij efficiënter als hardloper.

    Na 26 jaar lesgeven raakte ik echter uitgeblust. Ik bleef dagelijks hardlopen, maar ik was toe aan iets nieuws. Want de grootste vijand van een consistente sportroutine? Verveling.

    Mijn dochter deed als kind aan turnen, en ik vond het altijd geweldig om te zien. Op mijn 50e besloot ik dat ik het zélf wilde proberen. Ik schreef me in voor een wekelijkse gymnastiekles voor volwassenen, en ik was meteen verkocht.

    Mensen vragen me vaak hoe ik gemotiveerd blijf. Mijn antwoord is dan heel simpel: probeer iets nieuws. Verveling haalt alle plezier uit bewegen. Mijn doel is daarom om activiteiten te vinden waar ik van geniet en die mij blijven uitdagen.

    2. Ochtendsport is mijn me time

    Op mijn 61e doe ik dus wekelijks aan gymnastiek. Daarnaast ren ik gemiddeld 72 kilometer per week. Ik ben een ochtendmens, dus ik sta om 4:00 uur op en ben om 4:30 uur buiten. (FYI: Ik ga om 19:30 uur naar bed.) Meestal ren ik minstens een uur, alleen of met een hardloopmaatje. Hardlopen zie ik dan ook echt als mijn meditatie.

    3. Krachttraining houdt mij sterk en blessurevrij

    Na het hardlopen doe ik altijd een vorm van krachttraining. Ik volg geen vast schema, maar dankzij mijn achtergrond in personal training stem ik mijn oefeningen af op hoe ik me voel. Ik hou van calisthenics - pull-ups, handstanden en muscle-ups - omdat die kracht, balans, flexibiliteit en lichaamscontrole combineren.

    Sterke benen zijn cruciaal voor blessurevrij hardlopen, dus ik doe regelmatig squats, lunges en split squats. Nu ik met pensioen ben, heb ik de luxe om 1 tot 3 uur per dag te trainen.

    4. Ik stel haalbare doelen die mij uitdagen

    Toen ik begon met turnen, wilde ik één ding: een handstand kunnen. Ik was doodsbang om ondersteboven te staan, maar ik oefende elke dag. Na vijf jaar kon ik een minuut in handstand blijven staan, en inmiddels - elf jaar later - kan ik zelfs op mijn handen lopen en handstanden doen op parallele bars.

    Doelen geven mij motivatie, zolang ze maar realistisch zijn. Neem bijvoorbeeld hardlopen: ik heb 17 marathons gelopen, en nu, na acht jaar 'pauze', train ik weer voor een marathon. Ga ik mijn persoonlijke record uit mijn dertiger jaren verbreken? Nee. Maar dat hoeft ook niet. Mijn doel is om te genieten van het proces en blessurevrij mijn beste prestatie te leveren voor mijn leeftijd.